Op safari in Tanzania

17 maart 2018 - Arusha, Tanzania

Hierbij nog een blog over de safari die Marthe en ik nu bijna twee weken geleden hebben gedaan. Dit was allemaal nog voordat we met de Flying Medical Service meegingen, dus de volgorde van mijn blog is niet helemaal goed, maar toch..

Vanaf het begin van onze reis was het ons doel geweest om een safari vanaf Mwanza te regelen, zodat we niet het hele stuk van Mwanza naar Arusha met de bus zouden moeten afleggen. Helaas zeiden de mensen met wie we een groepje hadden gevormd een week van tevoren af en konden we opnieuw gaan zoeken naar mensen om een groepje te vormen (met z’n tweeën een jeep afhuren is veel te duur!). Uiteindelijk moesten we tot de conclusie komen dat het niet meer ging lukken vanuit Mwanza. Met lichte tegenzin vertrokken daarom we voor een busreis van 13 uur naar Arusha. Gelukkig bleken we een lekkere luxe bus gehuurd te hebben. Met comfortabele stoelen en voldoende beenruimte was het goed vol te houden en bereikten we Arusha zonder grote problemen.

Samen met vier andere jonge mensen (twee Belgen, een Spanjaard en een Colombiaan) vormden we een gezellige groep voor vier dagen en drie nachten. We hadden een gids (met de rare naam Full Guns) en een eigen kok.
Op dag één begon onze safari in Tarengire. Vanaf Arusha is dit toch nog een behoorlijk stuk rijden, dus het was al middag toen we in dit park aankwamen. Meteen kon het feest beginnen. “No lion, no lunch”, zong onze gids op het ritme van “No woman, no cry”. Gelukkig vonden we een leeuw (in een boom nog wel!) en konden we met uitzicht op deze leeuw genieten van een lekkere lunch. Tarengire National Park staat bekend om zijn baobab bomen (die hebben we genoeg gezien) en zijn duizenden olifanten. Helaas zagen wij niet meer dan twee olifanten (geen grote familie dus). Dit had te maken met het seizoen. Omdat het nu regent, trekken de olifanten verder het park in en zie je ze niet meer zo makkelijk. Maar niet getreurd! We zagen veel andere mooie dieren. We waren zelfs getuigen van een jachtpartij van een luipaard op baby wrattenzwijntjes. De jachtpoging mislukte (gelukkig voor de zwijntjes), maar we konden het luipaard wel van heel dichtbij bewonderen toen hij langs onze jeep liep!

Na op een luxe camping geslapen te hebben (bedden in de tent!), vertrokken we de tweede dag naar de Serengeti. Ik was van tevoren een beetje zenuwachtig geweest over het feit dat we safari in het regenseizoen gingen doen. Het zou je maar gebeuren dat het alleen maar regent en je daardoor bijna niks ziet! Gelukkig waren alle zorgen voor niks geweest en hadden we mooi weer. De Serengeti is echt een grote platte vlakte. Enorm! Wat een grote groepen dieren zijn hier te vinden! Vooral gnoes en zebra’s zijn er hier in overvloed. En we konden gewoon door deze groepen heenrijden en alle kleine diertjes bekijken. Heel leuk. Ook zagen we meerdere cheeta’s en natuurlijk nog veel meer mooie dieren die ik hier bewust niet allemaal ga opnoemen, haha.

De tweede nacht sliepen we op een campingterrein. De tentjes moesten we zelf opzetten, waarna we een aantal tips kregen voor de nacht. Er zat geen hek om deze camping, dus wilde dieren lagen overal op de loer. Als je naar de wc moest, moest je met een zaklamp het hoge gras in schijnen. Als je ogen zag reflecteren wist je dat het mis was en moest je terug lopen. Niet een heel prettig idee. Op de achtergrond hoorden we deze nacht het gillen van hyena’s en het brullen van leeuwen. Ook dat nog! Ondanks dit alles hebben we wonderbaarlijk genoeg toch redelijk kunnen slapen.

De derde dag stonden we vroeg op om met zonsopgang op safari te gaan in de Serengeti. Wat was het mooi. We hadden een mooie zonsopgang en tegelijkertijd zagen we verschillende leeuwenfamilies aan een dode olifant eten. De families konden niet zo goed met elkaar overweg dus er werd over en weer veel gegromd en af en toe werd er iemand opgejaagd. De leeuwen waren meer met elkaar bezig dan met ons, waardoor ze echt heel dicht langs de jeep zijn gelopen.
De rest van de ochtend zijn we op zoek geweest naar een olifantenfamilie die we maar niet konden vinden. Ondertussen reden we tussen duizenden zebra’s door, maar de olifanten lieten op zich wachten. Pas toen we bijna het park weer uit moesten (je mag er maar 24 uur zijn), kwamen we een grote familie met zeker 40 olifanten tegen. Zowel grote ouderen als kleine jonge olifantjes. Zo zie je maar dat je dingen juist vindt op het moment dat je ze niet bewust zoekt!

Opnieuw hebben we na deze enerverende dag een nacht in een tentje op de camping geslapen. Ditmaal op de rand van Ngorongoro crater, waardoor we minder last hadden van gevaarlijke roofdieren in de buurt. ’s Ochtends vroeg daalden we bij het licht van de zonsopgang af in de krater. Wat een spectaculair uitzicht! Om onze big five compleet te maken, hadden we vandaag één doel: neushoorns zien. Het was een gezoek en gespeur met verrekijkers, maar uiteindelijk zagen we twee neushoorn van vrij dichtbij. Zonder verrekijker konden we in ieder geval duidelijk zien dat het neushoorns waren. Verder hebben we hier nog veel mooie dieren gezien zoals leeuwen, hyena’s, olifanten, nijlpaarden en jakhalzen. Daarbij moet ik wel zeggen dat vooral het landschap in de krater een safari hier bijzonder maakt.

Tot nu toe heb ik een belangrijk detail weggelaten uit mijn verhaal. Namelijk dat ik eind van dag één ziek ben geworden. Opnieuw op en af koorts en nog meer nare symptomen waar ik jullie niet mee zal vermoeien. Dit gooide wel een beetje roet in het eten. Al mijn groepsgenoten leegden hun toilettassen en met de nodige  verzamelde medicatie (tegen misselijkheid, tegen diarree, tegen koorts) kon ik toch gewoon verder. Gelukkig had ik niet altijd evenveel last en kon ik ook echt nog wel genieten van alles wat we zagen. De kok was ook erg aardig. Hij wist dat ik wat Swahili kon en vroeg voortdurend in het Swahili hoe het met mij ging. Heel attent van hem.

Na 4 dagen in een jeep rondrijden was ik ook wel blij toen het er weer op zat. Op safari gaan betekent ook veel kilometer afleggen en dat is nou eenmaal erg vermoeiend. Na deze safari hebben Marthe en ik twee dagen in Arusha gechillt en daarna zijn we dus met Flying Medical Service meegegaan (zie vorige blog).

Op dit moment zitten we in Lushoto (een plaatsje in de Usambara Mountains). Vanaf hier gaan we drie dagen dagtochten wandelen in de omgeving, die erg veel lijkt om de mooie groene omgeving van Rubya met prachtige uitzichten. Het is hier wel behoorlijk koud en ik schrijf dit stukje zelfs bij een brandende open haard. Heerlijk warm, maar niet typisch Afrikaans natuurlijk. Vanaf donderdag zitten we op Zanzibar en verwachten we toch weer wat warmer weer. Ik houd jullie op de hoogte!

1 Reactie

  1. Maria Brijder de Hartog:
    18 maart 2018
    Prachtige verhalen,wij genieten er bijna net zo van als jij.Fijn dat jullie iedere keer wat leuke mensen vinden om mee op te trekken.Die vlucht met de flying doctors was ook wel heel bijzonder he? Geniet nog maar een poosje voordat je weer naar het nu ijskoude Nederland komt.Groeten van Berend en Riet